2. de bebouwingedichtheid per ha. (zie eveneens laatstgenoemde
brief): In bet or.tv;erp-structuurplan zoals U dat is aange
boden, is de bebouwingsdichtheid gesteld op 18,3 woningen
por-ha. Ir. het overl eg met het ministerie van volkshuis
vesting en de H.I.3. voor de bouwnijverheid in hToord-3rabant
is 0:13 gebleken dat deze dichtheid ernstige bedenkingen
opriep, '.'aar aanleiding van dat overleg is daarop besloten,
do bebouwing?!Ich the id te brengen op 21 woningen por ha.lo
aangezien hst or.ses inziens mogelijk bleef, bij deze hogJ
dichtheid een verantwoorde stedebouwkundige opzet te hand
haven.
3. de in r.eer'cedoelde brief gemaakte opmerkingen ten aanzien
van het milieu houden geen wijzigingen in van hot struc
tuurplan, doch met die opmerkingen zal - uiteraard - reke
ning gehouden worden bij de uitwerking der onderscheiden
plannen.
4. de in de brief gemaakte opmerking met betrekking tot het
geplande busvervoer geeft slechts aanleiding tot een aan
tekening onzerzijds bij de in die brief reeds vermelde
bereidheid onzerzijds: in het overleg met het ministerie
vo.n verkeer en waterstaat zullen wij ernaar streven, een
zo goed mogelijke verhouding te bereiken tussen een opti
male verzorging door het openbaar vervoer enerzijds en de
mogelijkheden in financieel opzicht anderzijds.
3. ten aanzien van de in de brief gemaakte aantekening met
betrekking tot de vormgeving van de interne ontsluitings-
veg zij opgemerkt, dat in het ontwerp-structuurplan de
bedoelde gescheiden aanleg vooral is gemotiveerd vanuit
het streven, de landschappelijke waarden zoveel als moge
lijk is te handhaven. In het gevoerde overleg hebben wij
echter begrip kunnen opbrengen voor met name de grotere
grondbeheer tedie deze wijze van aanleg vorderen kan en
zijn wij accoord gegaan met het verlaten van dit principe,
waarbij wij overigens met voldoening kennis hebben genomen
van de bereidheid, .in bepaalde omstandigheden met de in 4g
eerste instantie door ons voorgestane verdubbeling van rij
banen rekening te houden.
Op de consequenties van de uitgestelde verdubbeling van
bepaalde wegen komen wij terug onder paragraaf III.
6. op de opmerkingen en aantekeningen, gemaakt ten aanzien
van "de hoofdinfrastructuur" komen wij terug onder III-4.
II-4. het "bul ten.~-:d
het lijkt ons gewenst op doze plaats nader in te gaan op de
functie van het buitengebied, dit gezien de gedachtenvorming
die zich 'sedert de presentatie van het ontwerp-structuurplan
heeft voltrokken.
Als algemene inleiding moge gelden, dat naar ons oordeel ge
bleken is, dat het gebruikmaken van een aantal natuurlijke ge
gevenheden (hoogteverschillen, bodembeplanting, waterlopen
exe.) een gosd uitgangspunt is voor indeling en vormgeving
van het plan en eer. juiste basis biedt voor de inrichting van
.woon-, werk-, recreatie- en buitengebieden.