bijlage nr. 386
-6-
"voor zover nodig een aanvullende regeling worden getroffen"
"duidt echter op het feit, dat ons bij dit artikel voor ogen heb-
"ben gestaan wijzigingen van ondergeschikt belang en geen an
nexaties van een gebied, waar zich mogelijk 25.000 inwoners
"zullen vestigen".
De raad van commissarissen zag in haar beraad van 2 april 1976
geen aanleiding "om op het eenmaal ingenomen standpunt terug
"te komen en persisteert derhalve bij gaslevering in het onder-
"havige gebied door onze vennootschap". De N.V. stelt vervolgens
voor het overleg te doen plaatsvinden te zamen met de directies
van de P.N.E.M. en N.V. Waterleidingmaatschappij "Noord-West-
Brabant"
In antwoord op deze brief hebben wij bij brief van 9 juli 1976
op korte termijn een gesprek voorgesteld, gericht op het vast
stellen van een nadere regeling in de zin van artikel 7 van de
grenswij zigingswet
5.2. Elektriciteit.
Tussen P.N.E.M. en Breda is over het concessie-vrijmaken mondeling
en schriftelijk overleg gevoerd. Aan een gesprek op 25 augustus
1975 tussen de wethouder van cultuur en bedrijven en de directies
van P.N.E.M. en het energie- en waterbedrijf kunnen de volgende
notities worden ontleend:
- doelstelling van P.N.E.M. is de levering van elektriciteit bij
de afnemer thuis; haar exploitatie berust op drie pijlers,
te weten:
produktie, transport en distributie. De P.N.E.M. aanvaardt de
stedelijke distributiebedrijven als een gegeven.
- Breda spreekt zich uit voor eigen levering van nutsvoorzieningen
in de Haagse Beemden op bestuurlijke en bedrijfseconomische
dat luidde: "Intergas zal gebruik maken van haar rechten om na
de overdracht van de Haagse Beemden de gasvoor-
ziening in genoemd gebied zelf te gaan verzorgen".