bijlago nr. 386 -1 0- tevens expliciet tot uitdrukking gebraclit, dat in de mate, waarin nodig, de procedures zullen worden aangespannen, bedoeld in meergenoemd artikel 7 van de grenswijzigingswet W1jkverwarmlng Te Uwer informatie zij in het kader van dit voorstel vermeld, dat wij geen redenen aanwezig achten om in de Haagse Beemden tot aanleg van wijkverwarming over te gaan. Wij gronden deze uitspraak op de volgende overwegingen: a. In den lande worden studies verricht om in het kader van energiebesparing en een sterk oplopende prijs van de primai* energiebronnen na te gaan of en in hoeverre wijkverwarming aantrekkelijk c.q. wenselijk zou zijn. De Vegin en de Veen hebben besloten samen het vraagstuk van stadsverwarming te bestuderen. Men denkt hierbij voornamelijk aan zeer grote eenheden van elektrische centrales met benutting van de vrijkomende warmte voor afstandsverwarming. b. Wij zouden niet vooruit willen lopen op de resultaten van de studies, die worden verricht. Mede gelet op het feit, dat de gewenste concentraties van wooneenheden voor stadsver warming groter zullen zijn dan men nu in Haagse Beemden na streeft, is het exploiteren van een wijkverwarmir.gsnet niet aan te bevelen. Centrale Antenne-systeem. a. Op het gebied ligt momenteel geen concessie. b. Als exploitant van CAI komt hier in eerste instantie de N.V^ Casema in aanmerking, zodat aan deze maatschappij is gevraagd of men bereid is de exploitatie hier te verzorgen. Deze vraag is bevestigend beantwoord. c. De aanvraag voor uitbreiding van het machtigingsgebied met het grondgebied van de Haagse Beemden wordt voorbereid. De feitelijke levering van gas, water en elektriciteit De drie N.V.'s hebben ons de verzekering gegeven, dat een tijdige respectievelijk de-vereniging van gasbedrijven en de vereniging van elektriciteitsbedrijven in Nederland.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1762