bijlage nr. 397
Hoofdstuk 1
Gevolge werkwijze bij de evaluatie van het J.A.C.
A) Het verslag over de periode 1973 t/m 1975.
Reeds in november 1975 werden tijdens het periodieke overleg tus
sen J.A.C. en de adviesgroep adolescentievraagstukken afspraken
gemaakt over de evaluatie die in de loop van 1976 zou moeten
plaatsvinden.
Volgens afspraak kwam het J.A.C. in februari1976 met een over
zicht van punten die naar hun mening in de evaluatie behandeld
dienden te worden. De adviesgroep ging akkoord met dit raamwerk
en het J.A.C. zegde toe ervoor te zullen zorgen dat de adviesgroep
begin mei kon beschikken over een concept-verslag van de periode
1973 t/m 1975. Dit verslag was eind juni 1976 gereed en werd be
gin juli besproken door de adviesgroep.
Als reactie op dit eerste concept gaf.de adviesgroep te kennen
niet erg enthousiast te zijn over de inhoud.
De kritiek spitste zich toe op de volgende punten:
- het verslag was geschreven in het perspectief van de laatste
ontwikkelingen van het J.A.C. terwijl deze ontwikkelingen vol
gens de adviesgroep pas in 1976 hadden plaatsgevonden. Het ver
slag was dan ook geen juiste weergave van de activiteiten van
het J.A.C. in de verslagperiode.
- onvoldoende inzicht werd gegeven in de concrete individuele
hulpverlening.
- het verslag gaf onvoldoende zicht op hetgeen er concreet ge
beurd was in de werkgroepen.
- het verslag gaf onvoldoende informatie over contacten met
andere instellingen.
- de laatste ontwikkelingen werden erg summier beschreven.
Het J.A.C. deelde mede dat ook intern veel kritiek op dit con
cept was gekomen en stelde een tweede versie in het vooruitzicht.
Dit tweede concept werd door de adviesgroep ervaren als een ver
betering van de eerste versie, hoewel hierdoor niet alle kritiek
punten werden weggenomen. Met name word door de adviesgroep aan
gegeven dat men het opgenomen cijfermateriaal onvoldoende en niets-r