aan de raad der gemeente Breda 24-11-1976 BK/8/8505-1 Bijlage nr. 398 Voorstel van burgemeester en wet houders tot vaststelling van een verordening op de vergoeding aan gemeenteraadsfracties. Bij wet van 6 mei 1976, S. 312, is in de eerste afdeling van de gemeentewet een nieuwe titel IIB ingevoegd, waarvan een der ge volgen is, dat in de toekomst aan raadsleden die geen wethouder zijn een vergoeding voor hun werkzaamheden kan worden toegekend, alsmede een tegemoetkoming in de kosten. De wet is in werking ge treden per 1 december 1976 en werkt terug tot 1 januari 1975. Met deze bepaling als uitgangspunt hebben wij - in overleg met de fractievoorzitters en met de commissie algemene zaken - getracht een regeling te ontwerpten, krachtens welke een vergoeding aan de raads fracties kan worden toegekend, als tegemoetkoming in-de kosten, die een fractie maakt om haar taak naar behoren te kunnen vervullen. De basis vancfeze fractievergoeding wordt gevonden in de omstandig heid, dat Uw raad als vergoeding voor de werkzaamheden van de raads leden een bedrag vaststelt, dat 80$ bedraagt van het ten hoogste toegelaten bedrag, welk bedrag van jaar tot jaar door de rijksover heid wordt vastgesteld. De resterende 20$ kunnen dan ten goede komen aan de fracties. Boven dien stelt de gemeente dan nog eens 10$ van dit maximaal toegelaten bedrag ter beschikking, echter tevens berekend over de wethouders, ten einde te voorkómen, dat fracties die een wethouder leveren, zouden worden achtergesteld. Het aldus verkregen bedrag wordt gedeeld door het aantal raadsleden. Dit bedrag per raadslid wordt aan de fracties uitgekeerd naar rato van het aantal fractieleden, de wethouders daaronder begrepen. Het wil ons voorkómen, dat de tekst van de verordening voor zich zelf spreekt, zodat wij menen van een verdere toelichting te kunnen afzien.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1835