zonder meer de overige werkterreinen in de binnenstad - welke in het voorlopig preadvies een definitieve kantoorbestemming hadder. - als zodanig dienen te worden gehandhaafd. Een verder terugdringen van de mogelijke ontwikkeling van kantoren in de binnenstad zal on3 inziens te zeer afbreuk doen aan de mogelijkheden zorg te dragen voor de voor ziening in een adequaat aantal arbeidsplaatsen. Gelet op de hier onder vermelde capaciteitsverruiming voor de vestiging van kantoren in het gebied Middellaan/Nijverheidssingel, in het eerder gestelde- minimum aantal additionele arbeidsplaatsen indeze sector (2330) op de als vast aangegeven kantoorterreinen - zij het krap - haalbaar. Een reserve boven dit minimum richtdoel is echter noodzakelijk. Op de totale kantoorproblematiek zal ons college terugkomer, in de bin nenkort aan Uw raad te presenteren kantorennota. Op pagina 13 van het voorlopige preadvies hebben wij gewag gemaakt van het gebied Speelhuisplein/Oude Terheijdenseweg al3 een mogelijke kantorenlocatie Bij nadere overweging komt het ons voor, dat dit saneringsgebied niet zal kunnen voldoen aan de locatie-eisen, welke aan kantoorterreinen worden gesteld. In verband daarmede willen wij de in het voorlopig preadvies gedane suggestie terugnemen. Voor de volledigheid dient er nadrukkelijk op te worden gewezen dat de benodigde kantoorvloeroppervlakte is berekend op basis van een geprognosticeerd aantal arbeidsplaatsen in kantoren. Een geringere toename dan verwacht wordt betekent dat delen van de thans gei'eserveerde terreinen in de .loop van de tijd-vrij kunnen komen voor een andere bestemming. Een goed beleid vraagt echter tevens dat rekening wordt gehouden met een snellere toename dan verwacht. Het spreekt voor zich dat de daar voor aan te houden reserve daar dient te worden aangehouden waar zulks de minste schade berokkent aan de voortgang var. de realisering van de binnenstadsplannen, d.w.z. daar waar een beslissing ter zake van een concrete gebiedsinvulling zonder bezwaar kan worden uitge steld. Naar onze mening is dit voor de binnenstad alleen het geval voor het Chasséterrein. V/ij menen daarom vooralsnog in het variabele deel van het binnenstadsplan voor het noord-oostelijk deel van dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 226