aan de raad der
gemeente Breda
Bijlnce nr. 55
1 —1 Q76
3 Voorstel van burgemeester en wet-
k/5729 houders over het subsidieverzoek
van Het Aktiverenö Volksteater.
Door het Aktiverend Volksteater is op 1 september 1975 een ver
zoek om subsidie gedaan. Evenals bij de verzoeken van de stich
ting Het Filmhuis en de Kritiese Filmers is het subsidieverzoek
van Het Aktiverend Volksteater aangehouden in afwachting van de
totstandkoming van de cultuurnota, daar het getoetst moet kunnen
worden aan uitgangspunten, prioriteiten en andere criteria uit
deze nota. Dit is Uw raad overigens medegedeeld bij de begrotings
behandeling 1976.
In het subsidieverzoek wordt een toelichting gegeven op de doel
stelling met daaraan gerelateerd een begrotingsbeeld. De doel
stelling is door middel van theater- en filmprodukties de mensen
de mogelijkheid te bieden in hun dagelijks leven selectief te
werk te gaan: het volkstheater wil die informatie verstrekken die
vaak door de nieuwsmedia en andere informatiekanalen niet of
gedeeltelijk overkomt. Het wil het publiek aan het denken zetten
over hun eigen woon-, leef-, werk- en schoolsituatie.
In het subsidieverzoek is sprake van een poppenspelproauktie
voor leerlingen van de hoogste klassen van het basisonderwijs en
deelnemers in buurt- en clubhuizen. Het Volkstheater heeft tachtig
voorstellingen gepland waarvan tien in deze gemeente. Hiervoor
wordt een subsidie gevraagd in het tekort per voorstelling tot
een totaalbedrag van 5.500,
Analoge verzoeken zijn aan andere betrokken gemeenten gedaan.
In de voorstellen met betrekking tot de subsidiëring van de
stichting Het Filmhuis en de werkgemeenschap Kritiese Filmers
is door ons uitvoerig ingegaan op de uitgangspunten, de priori
teiten en de overige criteria van cultuurnota. Deze criteria
hanterend' bij het verzoek van het Aktiverend Volksteater menen