aan de raad der
gemeente Breda
Bijlage nr. 01
BK/7/63887
17-12-1976
Voorstel van burgemeester en wet
houders inzake een wijziging van de
gemeenschappelijke regeling voor de-
opleiding en het onderricht van het
lager politie-personeel.
Het dagelijks bestuur van het Zuidnederlands Instituut voor de
Gemeentepolitie-Opleidir.g heeft ons bij schrijven van 5 november
1S75 (neg gevolgd door brieven d.d. 7, 12 en 25 november 1975)
verzocht U een voorstel te doen tot wijziging van de gemeen
schappelijke regeling voor de opleiding en het onderricht van
het. lager politie-personeel. Genoemde .brieven hebben wij voor
U ter inzage gelegd, evenals de toelichting bij de voorgestelde
wijzigingen, de huidige tekst van de gemeenschappelijke regeling
en de gewijzigde tekst.
De voorgestelde wijzigingen in de artikelen 5» 9 t/'m 11, 16
t/m 20 en 27 geven ons geen aanleiding tot opmerkingen.
Begin 1974 is in de commissie algemene zaken een notitie aan de
orde geweest over "verantwoording bij intercommunale oamenwerkin
Hierin wordt gesteld, dat bij een besluit tot deelname aan c.q,.
wijziging van een gemeenschappelijke regeling naast een zorg
vuldige taakforaulering aandacht dient te worden geschenken aan
de regels, die inhoud geven aan de relatie tussen de gemeente
en deze institutie m.b.t. de verantwoording.
In dit verband zouden wij t.a.v. de onderhavige wijziging een
viertal opmerkingen willen maken. Ter zake de openbaarheid van
vergaderingen is in de regeling geen bepaling opgenomen. Opge
merkt wordt, dat de burgemeester-s van de deelnemende gemeenten
ambtshalve lid zijn van het algemeen bestuur.
Voorts is in de regeling opgenomen, dat de voorlopig vastgesteld
jaarrekening slechts ter kennisneming aan do raden der aangeslol:
gemeenten wordt toegezonden. De mogelijkheid om bezwaren bij ge
deputeerde staten in te dienen is formeel niet geregeld.