bijl. nr. 7d
De financiering van de overdrachtsprijs met gemeentelijke leningen
ingevolge de woningwet zal dan ever.een3 geschieden tot bedragen
gelijk aan de boekwaarden van de onderscheiden stichting3kosten per
eerdergenoemde datum. In administratief opzicht maakt deze gedrags
lijn de zaak eenvoudiger, omdat dan over de periode tussen de aan
vang der exploitatie en het moment van overdracht geen annuïteits-
gewijze betaling van rente en aflossing op de te verstrekken
leningen behoeft te geschieden.
Wat zowel de looptijden als de rentepercentages van de leningen be
treft menen wij dat beide volledig gelijk moeten worden gesteld aan
die van de lopende kapitaalverstrekking aan het gemeentelijk woning
bedrijf Voor de continuïteit in de etcploitatie- mitsdien ook de
huurprijzen - ia zulks geboden, doch het is ook gemotiveerd. Er
behoeft immers geen nieuw kapitaal tegen marktrente te worden aan
getrokken, nu financiering kan plaatsvinden met de door genoemd
bedrijf buitengewoon af te lossen opbrengst van het complex.
Wel behoort te worden voorzien in het oplopen van de rentestand en
de mogelijk daaruit voortvloeiende nadelige consequenties voor de
gemeente, dit mede als gevolg van de omstandigheid, dat de looptijd
van door de gemeente aangetrokken leningen niet parallel pleegt te
lopen met de afschrijvingsduur der relevante objecten.
Ter regeling hiervan zijn in het raadsbesluit tot het verstrekken
van de leningen, welk besluit te zijner tijd onderdeel van de over
eenkomst tussen de gemeente en de bouwvereniging uitmaakt, be
palingen opgenomen in die zin, dat de vereniging dezelfde rente ver
schuldigd is als de gemeente thans is of later zal zijn fen dat met
ingang van het tweede jaar na de overdracht de gemiddelde rente
van de gemeentelijke leningsdienst in rekening zal worden gebracht.
De jaarlijkse bijdrage in het exploitatietekort, per traditie ge
lijk aan de bijdrage van het rijk c.q. van rijkswege bepaald, is