bijl. nr. 96
-3-
geon initiatief geconcretiseerd worden.
Mede om die reden wordt momenteel nagegaan of en in welke ver
houding de houw van een aantal woningen in deze categorie in
de Haagse Beemden tot de mogelijkheden behoort.
Ook het Bouwfonds Zuid-Nederland N.V. heeft zich in dit kader
als gegadigde aangediend, doch vanwege de bouwterrein-positie
en omdat naar onze mening aan de woninbouwverenig:ngen prioriteit
toekomt, hebben wij aan deze instelling vooralsnog geen mede
werking toegezegd (kunnen toezeggen).
b. dit inzicht hebben wij thans zeker niet, doch gezien de motiverin
onder a. en de omstandigheid, dat voor het jaar 1976 - waarin in
Haagse Beemden nog niet wordt gebouwd - landelijk 3lechts 5000
woningen volgens de onderhavige regeling zullen kunnen worden
gebouwd, wil het ons voorkomen dat realisering van een aantal
woningen in deze gemeente in dit jaar niet te verwachten is.
c. wij vinden naast de bekendheid welke door het ministerie via
perspublicaties en dergelijke aan de regeling is gegeven, geen
aanleiding om de mogelijkheden nog op andere wijze bekend te
maken.
Daarbij houden wij mede rekening met de nog onzekere slagingskans
in deze gemeente, zodat animeren daarmede niet in overeenstemming
zou zijn.
Overigens is het informatiecentrum capabel om aan gegadigden
inlichtingen te verschaffen en hen/haar naar de bevoegde instel
lingen te verwijzen.
VRAAG (d.d. 21-1-1976 ing. art. 40, 2e lid R.v.O.)
de horen Welschen ei; Hor.d riksen
Gesprekken met inwoners van Breda geven ons aanleiding tot de
volgende opmerkingen en vragen.
In Breda en waarschijnlijk in veel andere Nederlandse gemeenten
wordt aan aanvragen voor hinderwetvergunningen een betrekkelijk
geringe bekendheid gegeven. Bewoners en eigenaars van direct be
lendende percelen worden direct aangeschreven, andere omwonenden