bijl. nr. 96 VRAAG (d.d. 10-2-1976 ing. art. 40, 2e lid R.v.O.) de heer Geene In het preadvies over de binnenstad wordt gesproken over een konend gesprek met de staatssecretaris van defensie. Het standpunt van de staatssecretaris over de afstoting c.q. gebruik of medegebruik van militaire objecten, achten wij van grote invloed op de besluitvorming van de binnenstad op 8 maart aanstaande. Vragen: 1 Heeft bedoeld gesprek reeds plaatsgevonden? Zo ja, wat zijn dan de opvattingen van de staatssecretaris; zo niet, wat' is dan de reden dat dit gesprek (nog) niet heeft plaatsgevonden en welke stappen denkt U dan te ondernemen om dit gesprek alsnog voor 8 maart te doen plaatsvinden. 2. Is het College in ieder geval bereid de raad Vd<5r 8 maart te informeren over de stand van zaken. ANTWOORD Ondanks herhaalde schriftelijke verzoeken van de zijde van ons college om te komen tot een bespreking met staatssecretaris Kr. A. Stemerdink, hebben wij van hem nog geen reactie ontvangen. Desondanks hopen wijdat een gesprek met de staatssecretaris op korte termijn kan plaatsvinden. Sinds de ontvangst van de brief van de staatssecretaris van 3 novem ber 1975 hebben zich met betrekking tot de militaire terreinen in de binnenstad geen nieuwe ontwikkelingen voorgedaan. Zoals wij in het preadvies aangaande het binnenstadsplan hebben ge schreven, gaan wij ervan uit, dat uiteindelijk alle Bredase claims gehonoreerd zullen kunnen worden. VRAAG (d.d. 7-5-1976 ing. art. 40, 2e lid R.v.O.) Kovr. Paulunscn Per circulaire MG 75-40 van 17 november 1975 heeft het college van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 547