bijl. nr. 1 '12 -4- tatie van dit centrum berusten bij het bestuur van het woonwagen- centrum Breda. Daarom moet dit bestuur -en niet de gemeente Breda- toepassing geven aan het Besluit Woonwagencentra. Het centrum in Breda voldoet aan alle eisen uit genoemd besluit, met uitzondering van een watertappunt in de bergingen en een waterspoeling op het privaat. Naar het oordeel van het bestuur 13 daarvoor noodzakelijk dat I in de 90 bergingen ook verwarming wordt aangebracht om zodoende bevriezing te voorkomen. De daaraan verbonden kosten zullen zeer hoog zijn. Zoals U wellicht weet streeft het bestuur van het woonwagencentrum Breda naar een verspreiding van het aantal woonwagens over zijn territoir. Met name betekent dit, dat het centrum Breda, na een algehele renovatie, wordt teruggebracht tot een capaciteit van 60 wagens. Tegen deze achtergrond heeft het bestuur zich op het standpunt gesteld het doen van belangrijke investeringen met betrekking tot de accommodatie van het centrum tot het onuitstelbare te beperken. Ket brengen van water in de bergingen inclusief verwarming rékent het daartoe niet. Inmiddels heeft het bestuur op grond van het Besluit Woonwagen centra aan Gedeputeerde Staten verzocht ontheffing te verlenen van de eis van een watertappunt in de bergingen en een waterspoeling op het privaat. Een beslissing op dit verzoek is nog niet ontvangen. J.Ket antwoord op deze vraag is opgenomen in ons antwoord op vraag 2. VRAAG (gesteld d.d. 25 februari 1976 ing. art. 40 R.v.O.) de heron P. Houben en J. Hendrikson: Betreft: rooien van bomen aan Acaderaiesingel. 1, Op vragen ex art. 40 van de raadsleden Beckers en Houben inzake het rooien van bomen aan de Valkenierslaan heeft U op 17 juli 1975 geantwoord dat in het vervolg als in een bepaalde straat allo of een groot aantal bomen gerooid zouden moeten worden, tijdig door middel van een circulaire de bewoners worden geïn-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 732