gemeente Breda bij bijl. nr. 326
De raad van de gemeente Breda;
overwegende dat het wenselijk is om hij zijn besluit d.d. 20 mei
1976 vastgestelde regeling inzake het verlenen van gemeente-garan
tie op basis van de "Beschikking deelneming van het rijk in garan
ties van de gemeente bij woningverbetering" van 12 februari 1976
(Staatscourant 1976, nummer 34 te wijzigen in verband met de per
1 januari 1977 in werking getreden "Beschikking geldelijke steun
verbetering particuliere woningen";
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders;
gelet op artikel 64, eerste lid, onder b, en 65, eerste lid, van de
woningwet, alsmede het "Besluit geldelijke steun volkshuisvesting
(Koninklijk Besluit van 22 december 1965, Stb. 589, laatstelijk
gewijzigd bij besluit van 12 februari 1976, Stb. 183) en de beschik
kingen "Beschikking deelneming van het Rijk in garanties van de
gemeente bij woningverbetering" van 12 februari 1976 (Staatscourant
1976, nummer 34) en "Beschikking geldelijke steun verbetering par
ticuliere woningen" (Staatscourant 1976,nummer 242);
besluit
het gestelde onder I en Ha. van zijn besluit d.d. 20 mei 1976 te
vervangen door het hierna vermelde onder I en II a
I. te bepalen dat ten behoeve van daarvoor naar het oordeel van
burgemeester en wethouders in aanmerking komende rechts- en na
tuurlijke personen met kredietinstellingen en andere geldge
vers overeenkomsten kunnen worden gesloten tot het waarborgen
door de gemeente van de betaling van rente en aflossing van de
door de geldgevers aan rechts- en natuurlijke personen te ver
strekken hypothecaire leningen ter financiering van de kosten,
verbonden aan de verbetering van particuliere woningen als
bedoeld in de "Beschikking geldelijke steun verbetering par
ticuliere woningen" (Staatscourant 1976, nummer 242), zoals
deze thans luidt of nog zal luiden;"
"II. omtrent de bij I bedoelde garanties het volgende te regelen:
a. de garanties worden verleend overeenkomstig de "Beschikking
deelneming van het rijk in garanties van de gemeente bij