bijlage nr. 392
landelijk Gebied 1973.
De bomen langs de IJpelaarstraat zullen, zoals de StAR in zijn ad
vies veronderstelt, inderdaad behouden blijven.
Rijkswaterstaat, directie Noord-Brabant, heeft bij schrijven van 18
november 1976* meegedeeld geen bezwaar te hebben tegen de wijziging
van het bestemmingsplan ten behoeve van de hervestiging van een
pelsdierhouderijzij het onder enkele voorwaarden, die betrekking
hebben op de afstand van de op te richten bebouwing ten opzichte
van de rijksweg, het aanleggen van een beplantingsstrook rond het
terrein van de pelsdierhouderij en een verbod tot het plaatsen van
reclame-objecten, die vanaf de rijksweg zichtbaar zijn.
Aan deze voorwaarden zal worden voldaan.
In het kader van het wettelijk verplicht vooroverleg is het ontwerp van
de partiële herziening ook voorgelegd aan de eerstaanwezend ingenieu.-1
der genie, burgemeester en wethouders van Nieuw-Ginneken, en de
provinciale planologische commissie.
Alleen door de provinciale planologische commissie (advies d.d. 12
mei 1977*) zijn enkele opmerkingen gemaakt, die in het plan zijn
verwerkt.
Voor de financiële consequenties van de bestemmingswijziging mogen
wij U verwijzen naar de bij het bestemmingsplan behorende toelich
ting.
Na de ter visielegging van het ontwerp zijn enkele wijzigingen in
het plan aangebracht.
Rond de bestemming "pelsdierhouderij" is op de plankaart de bestem
ming "groensingel" opgenomen. De voorschriften zijn op grond hiervan
aangevuld. Aan de toelichting zijn toegevoegd de resultaten van het
wettelijk verplicht vooroverleg en het advies van de stedebouwkundige
adviesraad.
In de financiële aspecten van de partiële herziening zijn enkele
correcties aangebracht.