bijlage nr. 451 -3- de vleeskeuringsdienst een huur voor het gebruik van gebouwen, inventaris en outillage in rekening te brengen, zal 2.777.500, door de opbrengst aan slachthuisrechten moeten worden gedekt. Wij verwachten dat de geraamde omzetten voor 1978 ook na de wets wijziging kunnen blijven gehandhaafd. Ten aanzien van de tariefsopbouw hebben wij gemeend de tarief structuur, zoals deze thans bestaat, vooralsnog te moeten hand haven. Wel zijn in de verordening enkele nieuwe elementen opgenomen t.w.: 1Het opnemen van een minimum bedrag voor het slachten van slacht dieren. 2. Het invoeren van het tarief voor het gebruik van het invoerlokaal. 3. Het limiteren van de duur, waarvoor slachtdieren geslacht op het openbaar slachthuis zonder extra betaling in de koelruimten kun nen verblijven. ad 1Door het opnemen van een minimum bedrag wordt bereikt dat ook voor kleine slachtdieren een adequate vergoeding worden ont vangen ad 2. De lasten van het invoerlokaal worden niet tot kosten van de vleeskeuring gerekend. Van het lokaal wordt veelal gebruik ge maakt door vleeswarenfabrieken die uit het buitenland vlees en vleeswaren invoeren. Het is redelijk hiervoor een ver goeding te vragen, ad 3. In de praktijk wordt het grootste gedeelte van geslachte dieren binnen drie dagen uit de koelruimte weggevoerd. Om te voorkomen dat enkel zonder verdere betaling blijven hangen en ruimte in beslag blijven nemen is deze limiet opgenomen. Bij overschrij ding van de termijn van drie dagen zal voor het laten hangen van slachtdieren extra moeten worden betaald. Het is duidelijk dat verschillende slachthuisrechten kunnen worden verlaagd in verband met het feit dat na de wetswijziging de kosten van de vleeskeuring niet meer uit deze rechten moeten worden be streden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 1754