aan de raad der
gemeente Breda wethouders tot actualisering van
Bijlage nr. 117
Voorstel van burgemeester en
door de raad aan burgemeester en
Ï3K/8/87722 wethouders gedelegeerde bevoegd-
12-1-1977 heden.
Vanuit de commissie algemene zaken is verzocht om opgave te doen
van de door de raad aan burgemeester en wethouders gedelegeerde
bevoegdheden. Ter voldoening hieraan zijn de hier bedoelde bevoegd
heden geïnventariseerd en is daarvan een overzicht -naar de toestand
van mei 1976- opgesteld, dat voor U ter inzage is gelegd
Volledigheidshalve wordt ten aanzien van dit overzicht nog opge
merkt, dat hierin niet zijn opgenomen de aan burgemeester en
wethouders opgedragen bevoegdheden ingevolge door de raad vastge
stelde verordeningen.
Bij een nadere bestudering van deze problematiek is gebleken, dat:
a. er ter zake door de jaren heen een onoverzichtelijk geheel is
ontstaan;
b. tengevolge van de ontstane onoverzichtelijkheid het niet te
allen tijde eenvoudig is om vast te stellen of een bepaalde
bevoegdheid al dan niet is gedelegeerd hetgeen tot een on
juiste gebruikmaking van deze bevoegdheden zou kunnen leiden;
c. geen sprake is van enige uniformiteit in de voorwaarden, waar
onder deze bevoegdheden zijn gedelegeerd;
d. de onder c bedoelde voorwaarden, zoals de daarin genoemde maxi
male normbedragen, sterk zijn verouderd;
e. in enkele gevallen de rechtsgronden waarop de bevoegdheden zijn
gedelegeerd zijn gewijzigd of vervallen.
Samenvattend kan worden geconcludeerd, dat, afgezien van voormelde
aspecten, de huidige delegatiebesluiten veelal nauwelijks nog van
enige praktische betekenis zijn.
Hierdoor wordt naar de huidige inzichten de met het delegeren
van bevoegdheden beoogde taakverlichting van de gemeenteraad niet
meer bereikt.
Ten einde enerzijds tot een juiste taakverlichting van de gemeente-