bij bijlage nr. 141
-2-
dat wegens geschatte administratiekosten voor deze gemeente een
bedrag van 12,per leerling in rekening kan worden gebracht,
derhalve in totaal 965 x 12,11.580,
dat voor het jaar 1973 het beschikbaar te stellen bedrag per leer
ling bedoeld in artikel 55bis, lid 1der wet voor het gewoon
lager onderwijs is vastgesteld op 187,93 en het bedrag, bedoeld
in artikel 101, lid 3, op 156,82
besluit
a. het bedrag, dat de gemeente voor het jaar 1973 voor het openbaar
gewoon lager onderwijs werkelijk heeft uitgegeven voor de kosten
bedoeld in artikel 55bis der Lager-onderwijswet 1920, voorlopig
vast te stellen op totaal 158.614,17 11.580,
170.194,17; als voor (zonder instandhoudingskosten)
130.506,35 11.580,— 142.086,35.
b. het bedrag, dat overeenkomstig het krachtens artikel 55bis per
leerling bepaald bedrag, in verband met het gemiddeld aantal
leerlingen der scholen over het jaar 1973 beschikbaar is gesteld,
voor het openbaar lager onderwijs voorlopig vast te stellen op
965 x 187,93 181.352,45; als voor (zonder instandhoudings
kosten) 965 x 156,82 151.331,30.
c. het verschil tussen a en b bedoelde bedragen voorlopig vast te
stellen als volgt
het bedrag sub a is 11.158,28 minder dan het bedrag sub b;
als voor (zonder instandhoudingskosten)
het bedrag sub a is 9.244,95 minder dan het bedrag sub b.
Aldus vastgesteld in zijn openbare
vergadering van
De raad voornoemd,
voorzitter.
secretaris.