bij bijlage nr. 141 _2_
bepaald op 943;
dat wegens administratiekosten voor deze gemeente een bedrag van
25,per leerling in rekening kan worden gebracht, derhalve
in totaal 943 x 25,— 23.575,
dat voor het jaar 1975 het beschikbaar te stellen bedrag per leer
ling bedoeld in artikel 55bis, lid 1, der wet voor het gewoon lager
onderwijs is vastgesteld op 266,15 en het bedrag, bedoeld in
artikel 101, lid 3, op 223,90;
besluit
a. het bedrag, dat de gemeente voor het jaar 1975 voor het openbaar
gewoon lager onderwijs werkelijk heeft uitgegeven voor de kosten
bedoeld in artikel 55bis der lager-onderwijswet 1920, voorlopig
vast te stellen op totaal 226.976,03 23.575,
250.551,03; als voor (zonder instandhoudingskosten)
187.953,76 23.575,— 211.528,76.
b. het bedrag, dat overeenkomstig het krachtens artikel 55bis per
leerling bepaald bedrag, in verband met het gemiddeld aantal
leerlingen der scholen over het jaar 1975 beschikbaar is ge
steld, voor het openbaar gewoon lager onderwijs voorlopig vast
te stellen op 943 x 266,15 250.979,45; als voor (zonder
instandhoudingskosten) 943 x 223,90 211.137,70.
c. het verschil tussen a. en b. bedoelde bedragen voorlopig vast
te stellen als volgt:
het bedrag sub a is 428,42 minder dan het bedrag sub b;
als voor (zonder instandhoudingskosten)
het bedrag sub a is 391,06 meer dan het bedrag sub b.
Aldus vastgesteld in zijn openbare ver
gadering van
De raad voornoemd,
voorzitter.
secretaris.