bij bijlage nr. 171
De hoorzitting
Artikel 9
1Binnen ten minste drie weken na de ontvangst van het advies als
bedoeld in artikel 7, stelt de wethouder in ieder geval de in
diener van het beroep, de voorzitter van de commissie, alsmede
de maatschappelijk werker, die het vorenbedoelde advies heeft
uitgebracht, in de gelegenheid om te worden gehoord.
2. Van het tijdstip waarop, alsmede de plaats waar de zitting zal
worden gehouden geeft de wethouder ten minste een week vooraf
schriftelijk kennis aan betrokkenen.
3. De indiener van het beroep kan zich ter zitting door een ge
machtigde doen vertegenwoordigen en/of door een derde laten bij
staan. Een gemachtigde moet een schriftelijke en door de indiener
ondertekende machtiging overleggen,tenzij hij als advocaat of pro
cureur is ingeschreven of de belanghebbende met de gemachtigde ter
zitting verschijnt.
Proces-verbaal
Artikel 10
1 Door de zorg van de directeur van de gemeentelijke Sociale
Dienst te Breda wordt van de zitting een proces-verbaal opge
maakt, dat door de wethouder wordt ondertekend.
2. Van het proces-verbaal wordt binnen een week na de datum waarop
de zitting werd gehouden door de wethouder een afschrift toege
zonden aan degenen, die op de zitting aanwezig zijn geweest,
alsmede aan burgemeester en wethouders.
De beslissing
Artikel 11
1Burgemeester en wethouders beslissen binnen drie maanden nadat
het beroepschrift is ontvangen.
2. In het geval het bepaalde in artikel 7, derde lid, is toege
past wordt door burgemeester en wethouders de in het vorige
lid genoemde termijn verlengd met hetzelfde aantal weken als
waarvan met toepassing van het gestelde in dat artikel sprake
is. Van deze verlenging wordt door burgemeester en wethouders
vóór de afloop van de in het eerste lid genoemde termijn schrif-