bij bijlage nr. 171
Bijlage III: Kostenraming indicatiecommissie ex artikel 6 j
Wet op de Bejaardenoorden
Bij raadsbesluit van 13 januari 1977 heeft de raad 150.000,be
schikbaar gesteld voor de continuering van het project centrale
registratie, met name in verband met de Algemene Maatregel van Be
stuur inzake de commissie ex artikel 6 j van de Wet op de Bejaarden
oorden. Vanaf 1 januari 1977 is de commissie wettelijk verplicht.
Door het late bekend worden van de Algemene Maatregel van Bestuur,
waardoor pas in de eerste maanden van dit jaar gewerkt kan worden
aan de noodzakelijke voorbereidingen en uitwerkingen, is in het
raadsvoorstel uitgegaan van de volgende samenstelling van de com
missie: y arts, 1 maatschappelijk werker en een parttime adminis
tratieve kracht, als zijnde voldoende voor de meest minimal©
opzet
Op dit moment is er meer duidelijkheid over de samenstelling van de
commissie en de werkwijze ervan (zie verordeningen). Op grond hier
van moet de volgende kostenraming worden opgezet:
1 maatschappelijk werker
•y administratieve kracht
68.
.019,—
3/10 verpleegkundige
19.
.236,—
1/2 voorzittei/secretaris
28.
.095,—
huisvestingskosten
14.
.500,—
organisatiekosten
5-
1
1
O*
O
vo
Bij 500 adviezen per jaar is dit 270.90 per advies.
Het honorarium voor de arts blijkt begrepen te zijn in de Bredase
bijdrage aan de begroting van de Gezondheidsdienst Stadsgewest
Breda. Deze kostenraming blijft binnen het door de raad beschik
baar gesteld bedrag van 150.000,
Bij de opstelling van deze begroting is ervan uitgegaan dat de
indicatie-commissie dit jaar 500 adviezen uitbrengt.