gemeente Breda erd eda, er. is bij bijlage nr. 189 De raad der gemeente Breda; voorgenomen het beroepschrift d.d. 14 oktober 1976, ingekomen op 14 oktober 1976, van de heer C. van Haperen, wonende Ulvenhoutse- laan 141tegen het besluit van burgemeester en wethouders van 15 september 1976 tot weigering van een bouwvergunning voor een reeds geplaatste berging in de tuin van perceel Ulvenhoutselaan 141 overwegende dat de weigering van de bouwvergunning is gebaseerd op strijdigheid met de voorschriften behorende bij het bestemmings plan "Wolfslagtiend" en artikel 34 van de bouwverordening voor de gemeente Breda; dat binnen de in artikel 51lid 1 der Woningwet bepaalde termijn het beroep is ingesteld; dat appellant derhalve in zijn beroep ontvankelijke dient te worden verklaard gelezen het voortsel van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 51lid 1 van de Woningwet en de artikelen 389 en 390 van de bouwverordening voor de gemeente Breda; alsmede gelet op het negatief advies van de commissie ruimtelijke ordening; besluit met overneming van de door burgemeester en wethouders in hun boven vermeld voorstel ontwikkelde motieven het beroep van de heer C. van Haperen tegen weigering van een bouwvergunning ongegrond te ver klaren. Aldus besloten in zijn openbare vergadering van De raad voornoemd de secretaris, de voorzitter,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 696