ij m Wij zijn echter van mening dat het thans niet het juiste moment is definitief tot het al dan niet inhalen van dit percentage te hesluiten en wel om de volgende redenen: 1e Voor het jaar 1977 verwachten wij dat de werkelijke alge mene prijsstijging minder zal zijn dan het percentage van 8 dat door Uw raad is vastgesteld ter verhoging van de belastingtarieven over dat jaar; 2e Bij besluit van Uw raad van 12 november 1976 zijn in het kader van de vaststelling van de begroting voor het jaar 1977, de tarieven van de onroerend-goedbelastingen extra verhoogd met'een percentage van 14. Wij adviseren Uw raad het besluit tot het al dan niet inhalen van het percentage over het jaar 1976 uit te stellen totdat wij U meer inzicht kunnen bieden in de ontwikkeling van de algemene prijsstijging over het jaar 1977. In de vergadering van Uw raad van 18 april 1977 is besloten de belastingtarieven voor het begrotingsjaar 1978 met 54# te verhogen. Ter uitvoering van dit besluit is in onderstaand overzicht per belastingsoort aangegeven op welke wijze de tarieven voor het jaar 1978 kunnen worden verhoogd. 1 Onroerend-goedbelastingen. Op grond van de vigerende verordening wordt in het jaar 1 977 geheven, zulks per 3.000,waarde in het economische verkeer: - ten laste van de feitelijke gebruikers 7,60, geraamde opbrengst 5.489.210, - ten laste van de zakelijk genothebbenden/. 1 0,1 5, geraamde opbrengst 7.500.000,Totale opbrengst dus 12.989.21 Indien deze tarieven met 54# worden verhoogd bedragen deze: - ten laste van de feitelijke gebruikers 105,5/100 x 7,60 of 8, - ten las 10,7( Ingevolge fing van bruikers gemeentel een perce Indien Ui# in het ja kunnen de - ten las - ten las Totale op De hoogte het jaar De opbren - voor de - voor de Uit het b tieven no - voor de 9.473 - voor de - 8.1 Totaal va De voor h economiscl de door d<

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 833