-19-
blj bijlage nr. 229
v
-20-
H00PDSTUK III
VRIJSTELLINGEN
Artikel 39.
1 Van de verplichting tot het betalen van de in deze verordening ge
noemde leges, met uitzondering van de in artikel 16 bedoelde leges
wegens inlichtingen uit het geautomatiseerde bevolkingsregister en
de in artikel 28 bedoelde leges voor bouwvergunningen, zijn, voor
zover daarin niet reeds op andere plaatsen van deze verordening is
voorzien, vrijgesteld:
a. openbare besturen, ambtenaren of openbare instellingen voor de
3,40 diensten door hen in het openbaar belang verzocht, met uit
zondering van notarissen ten aanzien van de in artikel 36 van
deze verordening bedoelde verklaringen;
b. verenigingen of instellingen, die armenzorg of het uitoefenen
van liefdadigheid ten doel hebben, evenwel met uitzondering van
de in artikel 14 genoemde leges;
e. onvermogenden, mits deze van hun onvermogen doen blijken door een
verklaring van het bestuur hunner woonplaats en uitsluitend ten
aanzien van stukken in hun persoonlijk belang benodigd.
Artikel 40.
Zakelijke vrijstellingen.
De in deze verordening genoemde leges worden voor zover daarin niet
reeds op andere plaatsen van deze verordening is voorzien, niet ge
heven voor:
fa. het afgeven van bewijzen van onvermogen;
fc. het afgeven van attestatiën de vita tot ontvangst van pensioen
ten laste van de staat, provincies, gemeenten, waterschappen,
veenschappen en veenpolders;
c. het afgeven van beschikkingen op verzoekschriften en bezwaar
schriften ter zake van plaatselijke belastingen;
d. de aan belanghebbende uitgereikt wordende beschikkingen of af
schriften daarvan houdende beslissing op een verzoek om subsidie
uit de gemeentekas;
e. het afgeven van ontheffingen en vergunningen, als bedoeld in de
artikelen 11, 18, 19 en 100 van de algemene politieverordening;
3,40
3,40