Op beide kwesties wordt hieronder nader ingegaan.
Uw besluiten dienaangaande zullen moeten worden verwerkt in het
vast te stellen structuurplan.
1.a. Parkeergarage V en D.
Op basis van de rapporten "Breda de binnenstad in perspectief I en
II" heeft Uw raad gekozen voor een parkeerlocatie in de vorm van
een garage met een capaciteit van 400 500 auto's aan de west
zijde van de city.
De door de werk- en stuurgroep binnenstad aangedragen locatie langs
de Nleuwstraat achter V en D heeft U op 8/9 maart 1976 niet zonder
meer overgenomen. Besloten is toen de beslissing ten aanzien van
de locatie V en D uit te stellen en in afweging te brengen met
alternatieve locaties.
Het ontwerp-Verkeerscirculatieplan geeft een bevestiging van de
noodzaak tot het vestigen van een parkeergarage aan deze zijde van
de binnenstad en geeft buiten het terrein van V en D twee alter
natieve terreinen aan:
a. ter plaatse van de school Markenhage plus een gedeelte van de
grond van de Algemene Bank Nederland aan de Tolbrugstraat
b. het achterterrein van de Algemene Bank Nederland aan de Tol
brugstraat
Omdat thans echter geenszins vaststaat, dat een van de beide
plaatsen voor het beoogde doel tijdig beschikbaar komt, is ge
zocht naar een andere locatie, die voor de vestiging van een
parkeergarage geschikt kan worden geacht.
Wij menen, dat het terrein tussen de Rozemarijnstraat en de Achter
om daarvoor aanvaardbaar is. Wel is het zo, dat op deze plaats
slechts ruimte is voor een parkeergarage met een beperkte capaciteit
(250 A 300 auto's). Bij realisering van deze garage zal in de om
geving van de Markendaalseweg derhalve nog een tweede kleine
garage nodig zijn.
