-25- van open terreinen en door het instellen van een stelsel van parkeervergunningen. Anderzijds moet rekening worden gehouden met planologische mogelijkheden en procedures. Om deze redenen achten wij de volgende fasering in de bouw van parkeergarages gewenst: 1978: Mr. Dr. Frederikstraat (reeds genoemd); 1980: terrein Beyerd-Vlaszak: deze parkeervoorziening zal worden gerealiseerd samen met en in samenhang met de daar te realiseren bebouwing. De verwachting is, dat in 1980 met deze bebouwing kan worden gestart; 1982: terrein Achter de lange Stallen/Akkerstraat De planvorming voor dit gebied zal naar verwachting een snellere realisering niet mogelijk maken. Indien ons van particuliere zijde niet tijdig realiseerbare voor stellen bereiken, zal naar onze mening de gemeente zelf het initia tief moeten nemen om parkeergarages te stichten teneinde bovenge noemde planning veilig te stellen. Organisatie Hoewel wij van mening zijn, dat het voorbereiden en uitvoeren van een planmatig parkeerbeleid, het realiseren, beheren en exploiteren van parkeervoorzieningen een goede organisatie binnen het gemeente lijk apparaat eist - ook wat de financiële administratie betreft - vinden wij, dat er voorshands nog onvoldoende aanleiding bestaat de organisatie van het gemeentelijk parkeergebeuren onder te brengen in een bedrijf als bedoeld in artikel 252 van de gemeentewet. De te ondernemen activiteiten en de te verrichten beheerstaken kunnen naar onze mening, zeker thans nog, binnen de bestaande organisatie van de dienst van openbare werken plaatsvinden. Indien in de praktijk echter de noodzaak hiertoe blijkt, zullen wij met voorstellen komen om tot de oprichting van een dergelijk bedrijf over te gaan. Parkeeroverlegorgaan In de parkeernota is voor het eerst de wenselijkheid genoemd van de oprichting van een parkeerschap. Dit schap zou gezien moeten worden als adviesgroep van het college van burgemeester en wethouders.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 125