aan de raad der
gemeente Breda
St/25076 Bijlage nr. 291
23-8-1978
Voorstel van burgemeester en wet
houders inzake verdaging van de
beslissing ten aanzien van de
vaststelling van de partiële her
ziening 1978/1 van de bebouwings
verordening Ginnekenstraat-Oude
Vest e.o. (Houtmarkt).
Het ontwerp van de partiële herziening 1978/1 van de bebouwings
verordening Ginnekenstraat-Oude Vest e.o., dat betrekking heeft
op het oude schoolgebouw, gelegen achter het voormalig kantoor
van de sociale dienst aan de Houtmarktstraat, heeft met ingang
van 5 juni 1978 gedurende één maand ter gemeentesecretarie voor
een ieder ter inzage gelegen.
Zoals U bekend zal zijn zullen de bovenverdieping van het kan
toor langs de Houtmarkstraat en het voormalig schoolgebouw in
gericht worden voor de huisvesting van één- en tweepersoonshuis
houden. Om voor de verbouwing van het oude schoolgebouw een bouw
vergunning te kunnen afgeven, is echter een wijziging van de
ter plaatse geldende bebouwingsverordening nodig.
Artikel 25 van de wet op de ruimtelijke ordening schrijft voor,
dat de gemeenteraad binnen drie maanden na afloop van de termijn
van ter visie legging beslist omtrent de vaststelling van het
ontwerp-plan. De raad kan de beslissing eenmaal voor ten hoogste
drie maanden verdagen.
In casu betekent dit, dat Uw raad zou moeten beslissen vóór 5
oktober 1978, derhalve in de vergadering van Uw raad van Uw raad
van 14 september 1978.
Aangezien het advies van de provinciale planologische commissie
nog niet is ontvangen en het advies van de stedebouwkundige ad
viesraad nog niet in het definitieve ontwerp-plan is verwerkt,
kan het voorstel tot vaststelling van het ontwerp-plan U niet op
een zodanig tijdstip worden aangeboden, dat een beslissing kan
worden genomen in Uw vergadering van 14 september 1978.
