bijl. nr. 300
gemeente toch willen overgaan tot realisering van de concessie,
dan zou de gemeente zich hiertegen met juridische middelen kun
nen verzetten.
Ten einde echter op dit punt mogelijke problemen te voorkomen,
achten wij het nodig met betrekking tot de toekomstige bewo
ners in het gebied Haagse Beemden Oost ook een verplichting tot
aansluiting op de stadsverwarming in de akten inzake grondverkoop
op te nemen. Zulks zal geschieden in de gebruikelijke vorm en
onder nadere, door ons college te stellen, voorwaarden.
Met het oog op een evenwichtig beleid willen wij wel een onthef
fingsmogelijkheid hanteren, evenals deze bestaat voor de wijk-
verwarming. Daarbij behoort een afkoopvergoeding in geval van
verliezen door onderbezetting.
Op deze wijze is het mogelijk, dat bewoners, die dat wensen andere
energiebronnen dan aardgas of stadsverwarming, toepassen voor ver
warming en warmwater. Men kan hierbij ook denken aan ontwikkel-
lingen als zonnepanelen e.d.
Wat betreft de ondernemingen, als bijvoorbeeld de warme bakker,
restaurants etcetera, welke ook geen aardgas kunnen betrekken,
is er een mogelijke andere energiebron als olie of tankgas in
de gevallen dat het stadsverwarmingsnet geen oplossing biedt.
Informatie elders heeft geleerd, dat er vele mogelijkheden zijn
op het gebied van elektrische toepassingen, welke qua comfort
en investeringen voor deze categorie niet afwijkend zijn. Deze
gevallen zullen incidenteel moeten worden bezien; het energie
bedrijf zal gaarne met raad en daad hulp bieden.
BREDA-NOORD.
De aanvaarding van de tweede nota wijkverwarming in 1972 hield
in, dat de wijkverwarmingsprojecten in Breda in stand zouden
blijven. De nota was mede gebaseerd op e en eerder technisch
onderzoek van het Adviesbureau van Heugten.
Zoals uit het voorgaande is gebleken is een stadsverwarmingsplan
in de Haagse Beemden feitelijk verbonden aan koppeling met de
bestaande wijkverwarming in Breda-Noord (rond 4000 woningen).