bijl. nr. 300 Dit heeft voor dit wijkverwarmingsproject de volgende consequen ties Het stadsverwarmingssysteem is gepland op een levensduur van ten minste 25 jaar, terwijl bij handhaving van de wijkverwarmings- kwaliteit het systeem nog gedurende 13 14 jaar in stand moet worden gehouden om alle geïnvesteerde bedragen terugverdiend te hebben. Het stads- wijkverwarmingssysteem in Breda-Noord zal der halve tenminste 11 k 12 jaar langer in bedrijf blijven. De kwaliteit van het bestaande systeem is in hoofdzaak gebaseerd op de technische en financiële mogelijkheden van de jaren 1964 tot en met 1969. De invoering van centrale wijkverwarming betekende een doorbraak naar een tevoren vrij exclusieve vorm van woongenot, als hoedanig centrale verwarming toen nog moest worden gekwalificeerd. Een tweede doorbraak ontstond op veel grotere schaal bij het be- schikbaarkomen van grote hoeveelheden aardgas voor ruimteverwar ming en de relatief dalende kosten van de daartoe nodige instal laties in de woning. De collectieve voorziening van de eerste jaren werd als gevolg daarvan dikwijls minder gewaardeerd, het geen wel niet altijd gemotiveerd was, maar niet ontkend kan worden, dat vooral in de eerste jaren van de centrale wijkver- warming met erg krappe budgetten moest worden gewerkt, zodat de opzet in feite marginaal was. Geleidelijk aan verbeterde intussen wel de kwaliteit van de tech nische apparatuur en met name kon gebruik worden gemaakt van de hier ten lande opgedane ervaringen op het gebied van corrosie- bestrijding en isolatie van terreinleidingen. In de afgelopen jaren is door het energie- en waterbedrijf een grote know-how opgebouwd op het gebied van het afstandsverwar- mingssysteem, in het bijzonder wat betreft de drukbeheersing in het leidingnet.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1316