gemeente Breda bij bijlage nr. 303
De raad van de gemeente Breda;
overwegende, dat er behoefte bestaat aan de mogelijkheid om het
aantal leden van de vaste commissies van advies en bijstand aan
burgemeester en wethouders van vijf te wijzigen in ten minste
vijf en ten hoogste zeven leden, met uitzondering van de commissie
openbare werken waarvan het aantal leden gewijzigd dient te wor
den in ten minste vijf en ten hoogste tien;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders;
gelet op het bepaalde in artikel 62, tweede lid, van de gemeente
wet
besluit:
I. de artikelen 1, eerste lid, van de verordeningen op de
hierna genoemde vaste commissies van advies en bijstand aan
burgemeester en wethouders als volgt te wijzigen: voor
"5 leden" wordt gelezen: "ten minste vijf en ten
hoogste zeven leden"
1commissie algemene zaken
2. commissie bedrijven
3. commissie economische zaken
4. commissie financiën
5. commissie jeugd, sport en recreatie
6. commissie maatschappelijke dienstverlening, sociale zaken
en volksgezondheid
7. commissie onderwijs
8. commissie ruimtelijke ordening
II. artikel 1, eerste en tweede lid, van de verordening op de
vaste commissie van advies en bijstand aan burgemeester en
wethouders voor cultuur als volgt te wijzigen:
a. artikel 1, eerste lid, wordt gelezen als volgt: De commissie
bestaat uit ten minste elf en ten hoogste dertien leden.
b. in artikel 1, tweede lid, wordt voor "Vijf leden"