bij bijl. nr. 337
-2-
4. over- of ondermaat van het geruilde zal aan geen van de
partijen enig recht verlenen;
5. partijen doen afstand van het recht om op grond van het be
paalde in de art ikelen 1302 en 1303 van het burgerlijk wet
boek ontbinding van de overeenkomst te vragen;
6. de betaling van de toegift zal geschieden bij het verlijden
van de akte van ruiling;
7. de kosten op de akte van ruiling, de overdracht en de leve
ring vallende, komen voor rekening van de gemeente Breda;
8. de belastingen en lasten van het geruilde geheven wordende,
komen vanaf 1 januari volgende op de datum van het verlijden
van de akte van ruiling voor rekening van de respectieve
verkrijgers;
9. de gemeente zal op haar kosten de perceels-afscheiding aan de
Mgr. Frenckenstraat verplaatsen naar de nieuwe erfgrens en na
verplaatsing van het hekwerk de tuin aanpassen aan de nieuwe
toestand, waarmede de voor de gemeente eerder opgenomen ver
plichting om deze voorzieningen uit te voeren aan de Dr.
Struyckenstraat komt te vervallen;
10. in de toegift zijn voorts alle schaden, hoe ook genaamd, be
grepen.
te bepalen, dat het door de gemeente te verkrijgen lot zal wor
den ingebracht in de algemene dienst voor een bedrag van 3.675,-
te vermeerderen met de onder I, sub 7 en 9, bedoelde kosten en
dat een bedrag van 12.425,ten bate komt van de algemene
dienst
ten behoeve van onderhavige ruilovereenkomst een krediet ad
7.375,te voteren, zulks door vaststelling van de hierbij
behorende begrotingswijziging.
Aldus besloten in zijn openbare ver
gadering van
Be raad voornoemd,
voorzitter.
secretaris.