bij bijlage nr. 370
II/-5-
b2. Belastingmeting door middel van een kWh-meter met een extra
telwerk, dat het verbruik in de piekuren afzonderlijk re
gistreert
De opgetreden maximum-belasting in de piekuren wordt in dit
geval bepaald door het verbruik in de piekuren van de ach
tereenvolgende maanden november december en januari van
het desbetreffende verbruiksjaar te delen door 98.
Deze uitkomst wordt door de vaststelling van de belasting
vergoeding naar beneden afgerond op halve kW's.
De vergoeding bedraagt ƒ6,per kW per maand te bereke-
nen vanaf een gemeten maximale belasting in de piekuren
van 3 kW.
Maandelijks wordt op deze vergoeding een voorschot in reke
ning gebracht in de vorm van een toeslag op het vaste be
drag. Dit voorschot wordt bij de aanvang van het verbruiks-
jaar vastgesteld en wordt gebaseerd op het gemiddelde van
de gemeten belasting in de piekuren en de daaraan vooraf
gaande maanden november tot en met januari. Indien deze ge
gevens niet of niet volledig bekend zijn, zal het voorschot
worden vastgesteld op basis van een geschatte belasting.
Na afloop van het verbruiksjaar wordt het verschil tussen
de verschuldigde vergoeding en de geheven voorschotten met
de verbruiker verrekend. Indien de strooinlevering niet ge
durende een vol verbruiksjaar heeft plaatsgevonden, zal
de vergoeding voor de maximum-belasting worden berekend
aan de hand van de laatst bekende metingen van deze belas
ting. De vergoeding wordt in dit geval berekend naar rato j
van het aantal maanden dat de stroomlevering heeft plaats
gehad. De geheven voorschotten worden hiermede eveneens
verrekend
b3. Belastingmeting door middel van een kW-maximeterdie ge
durende de piekuren de hoogste gemiddelde belasting over
perioden van 10 minuten aanwijst.
Bij deze methode wordt de vergoeding voor de maximum-be
lasting per verbruiksjaar geheven op basis van het gemiddel
de van de gemeten maximum-belasting in de piekuren van elk
van de maanden november, december en januari van het ver
bruiks jaar