bij bijl. nr. 400
II/2-
Zittingsduur/vakatures
Artikel 6.
1. De zittingsduur van de medezeggenschapscommissie is 4 jaar.
2. Tussentijdse vakatures ontstaan:
a. in geval een lid ophoudt te behoren tot de organisatie of
tot de dienst waartoe hij op het tijdstip van zijn verkie
zing behoorde;
b. in geval van bedanken als lid van de medezeggenschapscom
missie
3. In geval van vakatures als bedoeld in het vorige lid wordt
de vakature vervuld door degene, die volgens de volgorde van
de betreffende kandidatenlijst, dan in aanmerking komt. Deze
treedt af op het tijdstip waarop degene, in wiens plaats hij
komt, zou hebben moeten aftreden.
Voorzitter/secretaris
Artikel 7.
1De voorzitter van de medezeggenschapscommissie is het hoofd
van dienst; plaatsvervangend voorzitter is hij, die het hoofd
van dienst als zodanig pleegt te vervangen.
2. De voorzitter wijst op voordracht van de medezeggenschaps
commissie een ambtenaar bij de dienst, die geen lid is van de
medezeggenschapscommissie, aan als secretaris van de medezeg
genschapscommissie
Bevoegdheden
Artikel 8.
1. De medezeggenschapscommissie kan over alle onderwerpen de
dienst betreffende beraadslagen, voorzover deze behoren tot de
bevoegdheid van het hoofd van dienst.
Hiertoe worden met name gerekend:
a. de manier waarop binnen de dienst uitvoering wordt gegeven
aan het algemene personeelbeleid waaronder begrepen de al
gemene arbeidsvoorwaarden
b. de bijzondere arbeidsvoorwaarden bij de dienst;
c. de organisatie van en de werkwijze bij de dienst;
d. de technische en economische aangelegenheden van algemene
aard de dienst betreffende en in het bijzonder de personele
aspecten daarvan.
2. De medezeggenschapscommissie geeft aan burgemeester en wethou
ders gevraagd of ongevraagd haar oordeel over onderwerpen de
dienst betreffende.
3. De medezeggenschapscommissie schenkt bijzondere aandacht aan
het verwezenlijken en begeleiden van het werkoverleg.
4. Gver aangelegenheden die van algemeen belang zijn voor de rechts
toestand van de ambtenaren met inbegrip van de algemene regels
volgens welke het personeelsbeleid zal worden gevoerd, kan de
commissie zich slechts schriftelijk tot de commissie voor ge
meentelijk overleg in personeelszaken wenden.
5. De medezeggenschapscommissie beraadslaagt in principe niet over
personen