bijl. nr. 401 Zodoende kan een zo effectief mogelijk gebruik van mankracht en materi ele middelen nagestreefd worden. Dit streven zal in een op te stellet' subsidie-verordening ondersteund moeten worden. Prioriteitsstelling Ook ons College meent dat in eerste instantie het beleid gericht moet. zijn op het opheffen van factoren die kansarme mensen belemmeren en beperken in hun ontplooiing. De stuurgroep is in haar meerjarenplan en programma tot een aanzet gekomen om, door middel van objectieve, meetbare criteria te formfl)y leren welke groepen kansarm genoemd moeten worden. Gezien de op dit moment schaarse beschikbare gegevens een moeilijke taak. Ons College onderschrijft dan ook de noodzaak om deze aanzet verder uit te bouwet en zo een nauwkeuriger en vollediger inzicht te krijgen in die groept die kansarm genoemd moeten worden. Peiling van behoeften In het kader van de educatieve planning is het van groot belang dat het educatief aanbod goéd aansluit op de behoeften van de bevolking. Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan de Verkenning van de social, culturele en educatieve situatie in Breda, die eind 1978 gereed zal komen. Deze Verkenning zal mogelijk de eerste gegevens over behoeften die er leven binnen de Bredase bevolking geven. In de Verkenning zal dan ook de basis gevonden moeten worden voor nader, gericht onderzoei- Met de stuurgroep is ons College van mening dat de aanvang van het peilen van deze behoeften spoedig gemaakt moet worden, Inspraak Dit beleidsplan is tot stand gekomen, niet dan nadat er een inspraai- moment voor betrokken instellingen en groepen en betrokkenen uit de bevolking plaatsgevonden heeft. Bekeken zal moeten worden op welke wijze deze instellingen, groepen en bevolking het best betrokken kun nen worden bij educatieve planning en bij het meedenken in de tot sta koming van plan en programma. op dit moment nauwelijks gegevens over deze behoeften

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1833