gemeente Breda
bij bijlage nr. 410
De raad van de gemeente Breda;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders;
gelet op artikel 8 van de wet op het consumptief geldkrediet en
op artikel 6tweede lid van de verordening op het beheer voor
de kredietbank;
besluit
voor de kredietbank vast te stellen het navolgende
REGIEMENT y
Artikel 1
De kredietbank, verder genoemd de bank, treedt op als gemeente
lijke voorschotbank in de zin van de wet op het consumptief
geldkrediet
Artikel 2.
De bank verstrekt geldleningen aan natuurlijke personen.
Artikel 3
1
De geldleningen worden tot een zodanig bedrag verleend, als met
de gezinsomstandigheden van de kredietnemer, de grootte van de
periodieke aflossing en de looptijd van het krediet uit maat
schappelijk en zakelijk oogpunt verantwoord is;
2.
De directeur-administrateur brengt maandelijks verslag uit aan
burgemeester en wethouders over de door de bank verstrekte geld
leningen.
Burgemeester en wethouders kunnen regelen stellen met betrekking
tot de vorm, waarin het hiervoor bedoelde verslag moet worden
uitgebracht
Artikel 4.
1
Geen nieuwe geldlening kan worden aangegaan, alvorens de vorige
geheel is afgelost;
2.
Bij het ter leen verstrekken van gelden waakt de directeur-ad
ministrateur er voor, dat geen kredietnemer onafgebroken of met
tussenpozen aan de bank een bedrag schuldig blijft, zonder daar
op periodiek af te lossen;
3.
De directeur-administrateur is bevoegd in bijzondere omstandig
heden, afwijking van de bepalingen van de schuldbekentenis toe
te staan;
4.
Aan personen, die in kennelijke staat van dronkenschap zijn wor
den geen geldsommen uitbetaald.