1 O bij bijl. nr. 410 -2- rediet en leer voor Artikel 5. 1 Een aanvrage tot het sluiten van een geldlening moet op een daar voor vastgesteld formulier bij de directeur-administrateur worden ingediend, onder overlegging van de door hem gevraagde bescheiden; 2. De directeur-administrateur of diens plaatsvervanger beslist met in achtneming van de bepalingen van dit reglementop de ingediende aanvragen gemeente- ïptief De directeur-administrateur of diens plaatsvervanger is bevoegd om zonder opgave van redenen kredieten te weigeren; 4. Gelden worden slechts verstrekt tegen afgifte van een schuldbekente nis. Artikel 6. als met van de maat- uit aan ekte geld- betrekking worden de vorige teur-ad- en of met nder daar- mstandig- enis toe zijn wor- Een lening wordt slechts verstrekt, indien ten genoegen van de di recteur-administrateur of diens plaatsvervanger persoonlijke of zakelijke zekerheid is gesteld. Onder goedkeuring van burgemeester en wethouders kan hiervan worden afgeweken; 2. Personen in vaste dienst bij overheidslichamen, danwel wachtgelders uit overheidsbetrekkingen kunnen van het stellen van zekerheid wor den vrijgesteld, indien de door hen aan te gane geldlening het be drag van hun maandsalaris, onderscheidenjk van het wachtgeld over de maand niet overschrijdt; 3. Als borgen worden alleen aangenomen, zij die zich hoofdelijk aan sprakelijk stellen voor alle verplichtingen van de hoofdschuldenaar onder afstand van de voorrechten in de wet aan borgen toegekend, in het bijzonder die van schuldsplitsing en uitwinning. Artikel 7. De aflossing van het door de kredietnemer verschuldigde moet, ter beoordeling van de directeur-administrateur of diens plaatsvervanger, geschieden in wekelijkse, maandelijkse of langere termijnen. Artikel 8. 1 Bij verzuim van terugbetaling van een aflossingstermijn op de ver valdag wordt door de directeur-administrateur aan de verplichting tot betaling ten hoogste twee maal herinnerd. Indien daarna geen be taling plaats heeft en in geval, dat enige andere jegens de bank bestaande verplichting niet wordt nagekomen, wordt de gehele schuld, derhalve hoofdsom en de nog niet betaalde rente en kosten, terstond opvorderbaar; 2. Door de directeur-administrateur zal in dit geval, zonder dat op zegging of ingebrekestelling vereist is, tot invordering worden overgegaan op een wijze zoals hem nodig voorkomt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1863