indringend aan de orde gekomen.
Op de hier genoemde aspecten zal verderop nog worden terug
gekomen.
3. Wegenstructuur.
De StAR mist in het VCP een duidelijke klassificatie van wegen, over
eenkomstig de opzet van partiële plannen, welke recentelijk aan het
oordeel van de raad zijn onderworpen. Op hoofdpunten heeft dit welis
waar ook thans plaatsgevonden maar een verdergaande uitwerking van
deze opzet komt de StAE gewenst voor, mits uiteraard deze classifi
catie kan wd rden onderbouwd.
Blijkens de inhoud van het plan is de toekomstige hoofdwegenstructuur
met name afhankelijk van de volgende punten:
a. beperking van het doorgaande verkeer in de binnenstad
b. bouw van woningen en parkeergarages in de binnenstad
c. ontwikkeling van het nieuwe woongebied Haagse Beemden
d. doortrekking van rijksweg 58 tot de A 16.
Beperking van het doorgaande verkeer.
In verband met de vaststelling dat meer dan de helft van het verkeer
op de cityring doorgaand is ten opzichte van d e binnenstad wordt in
zijn algemeenheid (opnieuw) de idee ondersteund van de variant "Breda
de binnenstad in perspectief" waarbij het binnenstedelijke tangenten
systeem ende singelroute niet gesloten zijn.
Niettemin wordt de vraag naar voren gebracht in hoeverre zekerheid
bestaat dat dit beperkte externe en interne ontsluitingssysteem vol
doende capaciteit zal hebben m.n. na verdere afremming van het verkeer
in de binnenstad zelf. De resultaten van het verderop in de nota weer
gegeven schematisch model wijzen eveneens op een zwaardere belasting
van de singelroute.
Bouw van woningen en garages in de binnenstad.
In het rekenmodel is rekening gehoudem met o.a. bebouwing van het
gebied Middellaan; toch blijft voor de StAR onzeker of bebouwing
van verschillende terreinen in of nabij het stadscentrum, m.n. met
woningen, zich wel verdraagt met enkele hoofddoelstellingen van het
VCP, in het bijzonder op het punt van het terugdringen van verkeer
en parkeren in de binnenstad.