Voor wat betreft de locatie van parkeergarages wordt -in afwachting van een nadere toelichting, welke is toegezegd- volstaan met de opmerking dat de afwezigheid van deze soort parkeeraccommodatie in het noordwestelijk deel van de binnenstad opvalt, zeker wanneer bedacht wordt dat juist daar in de toekomst het verkeer vanuit de Haagse Beemden de binnenstad zal bereiken. In dit verband wordt een voorstel gedaan voor de-bouw van een parkeergarage ter plaatse van Rozemarijnstraat-Achterom. Verkeersluwe gebieden. Met betrekking tot de zgn. verkeersluwe gebieden heeft de StAR de volgende bedenkingen: a. het aantal parkeerplaatsen in de verkeersluwe gebieden zal auto ritten blijven opleveren b. door het langparkeren om te schakelen naar kortparkeren krijgt men meer autoritten te verwerken in de voorgestelde verkeersluwe gebieden. een betere oplossing zou zijn geweest om alleen parkeergelegenheid aande rand van de verkeersluwe gebieden te projecteren en niet in de gebieden zelf. Hoordontsluitingsweg H.B./stad. Twijfel bestaat binnen de StAR over de zin van doortrekking van de zuidelijke ontsluitingsweg vanuit de Haagse Beemden naar de Etten- se Baan. Gevreesd wordt dat dit slechts een verplaatsing van de ver- keersintensiteit zal opleveren, waarbij enige ontlaating van het v:p> keer over de Tramsingel slechts een beperkt voordeel zal inhouden. Het profiel van de Terheijdenseweg in de huidige situatie is ongesclu' om als externe ontsluiting te kunnen fungeren, terwijl niet wordt ingezien hoe deze kan worden aangepast.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 194