bijlage nr. 90
-2-
Tussen de beide groepen - de projectgroep en de adviesgroep - bestaan tarii
een aantal verbindingslijnen. Een
groe;
Tijdens de werkzaamheden van beide groepen bleek dat zij meerdere ge- S.K.'
lijksoortige en elkaar overlappende werkzaamheden te verrichten hebben, advi<
Beide hebben in hun taakstelling het opzetten en uitvoeren van een
inventarisatie van het in Breda aanwezige aanbod; beide moeten een Beid*
meerjaren-plan en een programma van activiteiten opstellen; beide wor- lappi
den geconfronteerd met overleg- en inspraaksituaties; beide komen met was i
de voorwaarden ten behoeve van subsidiëring in aanraking. Opgemerkt In di
moet worden dat ten aanzien van de beide laatste punten de voorwaart groe'
dienaangaande op een gedetailleerdere wijze worden gegeven dan in de kort
rijksbijdrageregeling plaatselijk vormings- en ontwikkelingswerk voor mees'
volwassenen. en ai
Ook de verkenning van de sociale, culturele en educatieve situatie, de s'
zoals omschreven in de (concept-)rijksbijdrageregeling, heeft duidelijk Beid'
overlappingen met het werkterrein van de projectgroep permanente
educatieHier'
Daarbij komt dat dezelfde gemeentelijke diensten en bureaus, vaak ooi kade:
nog met dezelfde personen, in beide groepen vertegenwoordigd zijn, ter- zijn
wijl de voorzitters van beide groepen incidenteel contact met elkaar groe'
hebben. Uit j
Dit alles bij elkaar genomen heeft ertoe geleid dat beide groepen regel meer
matig contact met elkaar onderhielden over deze gelijksoortige werk- bere:
zaamheden, met name over de inventarisatie en de verkenning. ten i
De inventarisatie werd door beide groepen opgezet en uitgevoerd, in vêrsi
samenwerking met de sociografische dienstvan
staa:
Beide groepen hebben zoals gemeld vele gelijksoortige werkzaamheden. vert'
Ideeën hierover worden door beide groepen bestudeerd en uitgewerkt, naast en -■
elkaar gelegd waarna zij nogmaals besproken worden. De ambtelijke
samenstelling van de adviesgroep impliceert reeds dat er frequenter Op g:
vergaderd kan worden, waardoor een evenwichtige samenwerking tussen advi'
beide groepen moeilijk te verwezenlijken is. eenk'
voor
Overigens verdient ook een ander punt de aandacht. Gedurende de werk- a) d
zaamheden van beide groepen en de daaruit voortvloeiende contacten r
bleek onomstotelijk dat de werkterreinen van beide groepen elkaar voor b) o:
een groot deel overlappen. Een conclusie die versterkt werd door de g
ervaring opgedaan tijdens de samenwerking met betrekking tot de inve c) d
