J.. Doel van de nota In maart 1977 werd door de federatie van frakties van PvdA en PPR in de gemeenteraad van Breda de nota "Naar een gezond Bredaas Milieu" uitgebracht. Deze beleidsnota milieuhygiëne is een vervolg op het op 17 maart 1975 ingediende PvdA/PPR milieu-initiatief- voorstel en heeft tot doel - diskussie over de milieuproblematiek in de raad verder te brengen; - uitgangspunten en doelstellingen voor beleid t.a.v. milieuhygiëne te formuleren; - samenhang te brengen in de gemeentelijke aktiviteiten op het ge bied van milieuhygiëne; - op een aantal gebieden konkrete aanvullende voorstellen te doen; - een en ander zo te omschrijven dat milieuproblematiek op gemeente- nivo voor de burgerij wat inzichtelijker wordt. 2. Besprekingen over de nota De nota is in raadskommissies (25-8-77, 13-2-78 en 28-2-78) voor Bedrijven en Openbare Werken besproken. Tevens hebben gesprekken met bij de milieuproblematiek betrokken ambtenaren plaatsgevonden. Voorts heeft het kollege de konkrete voorstellen door ambtelijke diensten laten beadviseren. Tenslotte hebben gesprekken met groepen Bredanaars plaatsgevonden. Vermeld dient te worden dat de nota vaak in samenhang met de Tweede Milieunota van het kollege werd besproken. Deze laatste nota, uitgebracht 19 januari 1977, werd op 14 april 1978 door de raad aanvaard. 2.1 Besgreking_in_raadskommissies In de kommissievergaderingen zijn de uitgangspunten en doelstellingen^ f van de nota nauwelijks besproken. VVD en CDA-vertegenwoordigers gingen akkoord met de opvatting in de kollegenota dat milieubeleid een evenwicht tussen welvaart en welzijn dient na te streven en wezen daarmee impliciet de stelling af dat bij milieubeleid welzijn vöör welvaart gaat. Deze stellingname werd in de raad van 14 april 1978 bevestigd. Maar verschil van mening tussen CDA/VVD enerzijds en PvdA/PPR anderzijds op dit weliswaar belangrijke punt betekent nog niet dat over de andere uitgangspunten en doelstellingen geen overeen stemming kan bestaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 718