Enkele bepalingen terzake van heling tij bijl.nr. 2Öf| WETBQEK_VAN_STRAFRECHT Art. 90 bis Onder opkooper wordt verstaan hij die van het opkoopen een beroep of eene gewoonte maakt. Onder opkoopen worden begrepen alle handelingen, hoe ook ge naamd, waarmede kenlijk hetzelfde wordt beoogd. Art. 416 1. Hij, die opzettelijk eenig door misdrijf verkregen voorwerp koopt, huurt, inruilt, in pand neemt, als geschenk aanneemt of uit winstbejag verkoopt, verhuurt, verruilt, in pand geeft, vervoert, bewaart of verbergt, wordt als schuldig aan heling gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of een geldboete van ten hoogste twaalf duizend gulden. 2. Dezelfde straf wordt opgelegd aan hem die opzettelijk uit de opbrengst van eenig door misdrijf verkregen voorwerpvoordeel trekt Art. 417 Hij die eene gewoonte maakt van het opzettelijk koopen, inruilen, in pand nemen of verbergen van door misdrijf verkregen voorwerpen, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren. Art. 417 bis 1. Hij,' die eenig voorwerp koopt, huurt, inruilt, in pand neemt, als geschenk aanneemt, of uit winstbejag verkoopt, verhuurt, verruilt, in pand geeft, vervoert, bewaart of verbergt, wordt, indien aan zijne schuld te wijten is dat zijne handeling een door misdrijf verkregen voorwerp betreft, gestraft met gevange nisstraf of hechtenis van ten hoogste een jaar of geldboete van ten hoogste twaalfduizend gulden. 2. Dezelfde straf wordt opgelegd aan hem die uit de opbrengst van eenig voorwerp voordeel trekt, indien aan zijne schuld te wijte is, dat zijne handeling een door misdrijf verkregen voorwerp betreft. Art. 417 ter Bij veroordeling wegens een der in de artikelen 416-417 bis om schreven misdrijven, kan ontzetting van de in artikel 28,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 1027