bijlage nr. 210 (vervolg) Wij menen dat de bedoeling van ons genoemd ronschrijven duidelijk is en dat sindsdien het taalgebruik in de van de gemeente uitgaande stukken in het algemeen voor de belanghebbende geadresseerde rede lijk begrijpelijk is. Ad 3. Gezien de beantwoording van vraag 2 lijkt beantwoording van vraag 3 niet nodig. Ad 4. In deze vraag, die - naar wij na lezing van het onder 2 genoemde artikel begrijpen - is ingegeven door de inhoud daarvan, ontwaren wij met vreugde een zekere snaaksheid, die veel goeds voor de toe komst doet verwachten. Ter beantwoording moge dienen, dat het woord "baliekluivers" in de algemene politieverordening slechts éénmaal wordt gebruikt en dan nog niet eens in de tekst van de verordening zelve, doch in de marge ter aanduiding van de inhoud van artikel 51, lid 1, onder c. Het woord betekent oorspronkelijk "iemand, die over de balies of leuningen der bruggen hangt". Langzamerhand is de betekenis geëvo lueerd naar "leegloper". In de rechtsliteratuur wordt deze term wel gebruikt in relatie tot de overtreding, als omschreven in artikel 51, lid 1, onder c van de algemene politieverordening. Wij moeten vaststellen, dat in de algemene politieverordening geen melding wordt gemaakt van "baliekluiven", zoals ten onrechte in Uw vraag stelt. Wel wordt - zoals gesteld - gesproken van "balie kluivers". Wij betwijfelen, of het werkwoord "baliekluiven" in de Nederlandse taal voorkomt. In ieder geval vermelden de woordenboeken van Van Dale en van Koenen Endepols het werkwoord "baliekluiven" niet Tengevolge hiervan is Uw vraag - hoe grappig op zichzelf ook - niet te beantwoorden. Wij hebben de neiging onderdrukt, zoals ons dat als dagelijks bestuur van de stad past, op het door U gebruikte woord "snert" in dit verband verder in te gaan. P.S. Bij onze naspeuringen in de bovengenoemde woordenboeken bleek ons - zoals iemand met enig taalgevoel wel kon vermoeden - dat het woord "buurtschap" niet onzijdig, doch vrouwelijk is, zodat het bijbehorend lidwoord niet "het" is, maar "de". Wellicht wilt U zulks aan de redactie van het overigens lezens-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 1069