bijlage nr.' 210 (vervolg) woorden op een tiental vragen van het comité LPG buiten de be bouwde kom. Hieruit blijkt o.a. dat Breda maar liefst 21 LPG tanks "rijk" is. Reeds enige malen is in de praktijk gebleken dat er grote gevaren verbonden zijn aan de opslag en het vervoer van LPG. Naar aanleiding van bovenstaande wil ik U de volgende vragen ex. art. 40 van het reglvan orde stellen: 1Is het college met ons van mening dat LPG tanks niet in de bebouwde kom thuis horen gezien de gevaren verbonden aan opslag en aanvoer van LPG? 2. Is het college bereid zich in te spannen om de LPG tanks in de bebouwde kom verplaatst te krijgen en daarbij te onderzoe ken of via de regeling verplaatsing hinderlijke bedrijven of andere in ontwikkeling zijnde regelingen hiervoor financiële steun bij de rijksoverheid verkrijgbaar is? 3. Indien vraag 2 bevestigend wordt beantwoord kan het college dan meedelen welke stappen zij in die richting reeds heeft on dernomen of van plan is te ondernemen en op welke termijn? 4. Wanner vraag 2 ontkennend beantwoord wordt, welke motieven liggen hier dan aan ten grondslag? 5. Zijn er in Breda speciale routes voor LPG tankwagens? Zo ja, hoe zijn deze, zo nee, waarom niet? 6. In Uw antwoord aan het comité LPG uit de bebouwde kom schrijft U dat het niet uitgesloten is dat er nieuwe tankstations wor den aangelegd in de bebouwde kom. Bent U bereid, vooral gezien de gevaren verbonden aan het transport, dit standpunt te herzien? ANTWOORD Naar aanleiding van Uw vragen overeenkomstig artikel 40, 2e lid van het Reglement van orde voor de gemeenteraad m.b.t. de ge varen verbonden aan de opslag, het vervoer en het gebruik van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 1073