bijl. nr. 233
-7-
Deze gedachte werd ingegeven door de omstandigheid, dat het
bestuurslidmaatschap van het Stadsgewest een veel tijd vra
gende aangelegenheid wordt, zodat een full-time voorzitter
uit dien hoofde ter sprake is gekomen.
Maar daar staat tegenover, dat een benoeming van een full
time voorzitter - los van de gemeenten - zou betekenen, dat i
men verder af komt te staan van de idee van het verlengd
locaal bestuur.
Naar ons gevoelen behoeft thans de plaats en functie van de
voorzitter geen wijziging te ondergaan.
Ad. 3.3.
In het voorgaande gingen wij ervan uit, dat het Stadsgewest
een vorm is van verlengd locaal bestuur, waarbij uiteraard
de besturen van de deelnemende gemeenten - die immers be
voegdheden inleveren (en de kosten - althans voor een belang
rijk deel - moeten betalen) - een flinke gemeentelijke vinger
in de pap moeten hebben. De wijze van samenstelling van de
stadsgewestraad (zie onder ad31wijst in die richting.
Doch ook binnen-gemeentelijkdus binnen het bestuur van de
gemeente Breda heeft een en ander consequenties. Immers het
moet ook voor het college en voor de raad van Breda mogelijk
zijn ae vinger aan de stadsgewestelijke pols te houden.
In principe zit het stadsgewestraadslid a titre personnel zon
der de verplichting verantwoording aan raad of college af te
leggen. Deze verplichting zou echter bij het besluit tot aan
wijzing van een raadslid als gewestraadslid kunnen worden ge
ïntroduceerd
Dit zou kunnen betekenen, dat wanneer bijvoorbeeld de gemeente
raad van Breda een lid aanwijst als lid van de stadsgewestraad
daarbij bepaald wordt, dat dit lid bijvoorbeeld één keer per
jaar verslag doet van hetgeen hij in zijn stadsgewestelijke
functie heeft verricht. Aanvaarding van de aanwijzing tot lid
van de stadsgewestraad betekent dan tevens aanvaarding van
de hier aangeduide verplichting. Een dergelijke regeling zou
ook kunnen worden getroffen voor het college-lid (de college
leden) die worden aangewezen.