bij bijlage nr. 281
bedrag, gelijk aan het bedrag, dat aan hypotheekhouders toekomen
thouders
zou, indien het een verdeling gold van de koopprijs in geval van ge- j
van
rechtelijke verkoop van het erfpachtsrecht en wordt het daarna over
blijvende gedeelte van de opbrengst aan de erfpachtster, wier erf
pachtsrecht geëindigd is, uitgekeerd na aftrek van hetgeen aan de ge
zaak
meente met betrekking tot dat recht overigens nog verschuldigd is
en van de te haren laste komende kosten van de openbare verkoping;
5. Generlei uitkering aan de erfpachtster heeft plaats, zolang niet de
et-
grond met de opstal ter vrije beschikking van de gemeente gesteld is;
6. Indien bij de openbare verkoping geen bod wordt gedaan, is de gemeente
t
niet tot enige uitkering verplicht.
ast-
Artikel 22.
rti-
De gemeente zal zonder toestemming van de hypotheekhouders, niet mede-
re
werken tot uitdrukkelijke opheffing van het erfpachtsrecht bij minne
thou-
lijke overeenkomst of tot het verkrijgen van het erfpachtsrecht anders
en-
dan bij wegen van onteindiging ten algemene nutte.
Artikel 23.
1. Gedurende 6 maanden vóór het eindigen van het erfpachtsrecht door
doelde
verloop van de termijn, waarvoor het recht is verleend, is de erf
n
pachtster gehouden de grond en het daarop gestichte - dit laatste
ook inwendig - voor gegadigden ter bezichtiging te stellen op de door
van
burgemeester en wethouders bepaalde uren en dag;
srecht
2. Wegens die bezichtiging raag geen vergoeding geëist en mogen geen kosten
ente
in rekening gebracht worden.
ien
Artikel 24.
►g
De gemeente bepaalt aan het einde van de erfpachtsperiode of de grond al
LChtS-
of niet vrij van opstallen wordt opgeleverd.
Ten minste een jaar voor het beeïndigen van het erfpachtsrecht wordt de
•f-
le
erfpachtster van zodanig besluit schriftelijk op de hoogte gesteld.
Artikel 25.
Onder opstal verstaan deze voorwaarden de op of in de grond aanwezige on- j
*dt
roerende goederen met uitzondering van machines, machinedelen, onderde
ia af-
len van werktuigen, alsmede hun bevestiging en geleidingen, voor zover
;rs
deze niet mede konstruktieve delen van het gebouw zijn.
