bijl. nr. 295
Wij verzoeken liet college te onderzoeken of en voor hoeveel
van deze mensen de stad Breda een opvang kan aanbieden.
ANTWOORD
In antwoord op Uw verzoek aan ons college te onderzoeken of
en voor hoeveel van de Vietnamese "bootvluchtelingen" de
stad Breda een opvang kan bieden, brengen wij het navolgende
onder Uw aandacht.
Deze opvang achten wij in eerste instantie een rijkstaak.
Niettemin zijn wij van oordeel dat de gemeenten, voorzover
dat in hun vermogen ligt, alle medewerking moeten verlenen
aan wat het rijk in deze voornemens is te doen.
Ook de gemeente Breda zal zich te gelegener tijd vanzelf
sprekend in het rijksbeleid terzake voegen.
VRAAG (gesteld d.d. 26-8-1979 ing. art. 10, 2e lid R.v.O.)
De heer Garritsen
Afgelopen zaterdagavond 25 augustus is een geweldloze zit-
demonstratie gehouden op de brug voor de koninklijke mili
taire academie. Tevens is die avond de toren van de Grote
Kerk bezet.
Zonder één waarschuwing vooraf is door de politie en/of
marechaussee op de vrouwelijke en mannelijke demonstranten
geslagen, geschopt en zijn ze aan de haren getrokken.
Bij de ontruiming van de kerktoren zijn de demonstranten
terwijl ze meegedeeld hadden vrijwillig mee te gaan, van de
trappen geslagen. Hierbij werden ze systematisch in de nek
geslagen
Naar aanleiding van deze gebeurtenissen wil ik het college,
c.q. de burgemeester de volgende vragen ex. art. 10 stellen.
1. Welke politie en/of militaire onderdelen zijn ingezet om
aan de demonstraties een eind te maken?