bij bijl. nr. 310
10
yoor het
ssluit
-3-
d. de tijd gedurende welke de belanghebbende verbonden was aan
een erkende schoolverzorgingsdienst (schoolbegeleidingsdienst,
onderwijsbegeleidingsdienst) op grond waarvan de belangheb
bende krachtens artikel B 1 van de Algemeen Burgerlijke Etensioen-
wet ambtenaar was in de zin van die wet;
e. de tijd gedurende welke men verbonden was als lid van het zgn.
exploitatie-personeel met een arbeidsovereenkomst met het be
voegd gezag van een school, mits uitsluitend werkzaam voor een
school
f. de tijd gedurende welke men lang buitengewoon verlof in de zin
van het Rechtspositiebesluit W.V.O. heeft genoten of geniet
tot aan het moment van de afvloeiing, mits dit verlof aan een
of meer van de volgende voorwaarden voldoet, te weten:
- lang buitengewoon verlof in persoonlijk belang
- lang buitengewoon verlof mede in het algemeen belang
- lang buitengewoon verlof overwegend in het algemeen belang
- lang buitengewoon verlof voor politieke functies
een en ander met dien verstande dat de onder de leden a tot
en met f bedoelde tijd bij samenloop 3lechts éénmaal meetelt
voor de vaststelling van de dienstttijd;
g. het begrip "diensttijd" wordt, indien een rijksregeling ter
zake eveneens komt tot definiëring van dit begrip, uitgebreid
geacht voor zover het in de rijksregeling bepaalde begrip
ruimer is.
7. Onder "onderwijs" in deze regeling wordt verstaan onderwijs aan:
a. scholen of inrichtingen als bedoeld in de wet voortgezet
onderwijs en in de wetten die geacht kunnen worden aan de
wet voortgezet onderwijs te zijn voorafgegaan en daarop te
volgen;
b. scholen of inrichtingen waarop de kleuter- en lager-onderwijs-
wet van toepassing is c.q. de onderwijsvormen die in de
plaats daarvan zijn of worden ingesteld;
c. scholen of inrichtingen bedoeld in de Experimentenwet Onder
wijs;
d. een Nederlandse instelling voor wetenschappelijk onderwijs aan
een school, cursus, opleiding of andere instelling voor bij
zonder onderwijs alsmede het onderwijs aan de Politie-Academie