bijl. nr. 322
De bepalingen in de overeenkomst komen overeen met het ge
stelde in het Kema-rapport van 5 mei 1978, voorzover zij
daaraan rechtstreeks zijn te relateren.
Op grond van het Kema-rapport is in de overeenkomst neerge
legd, dat de produktierniddelen in Breda (ketel- en hulp
ketelhuizen) door de N.V. PNEM worden geëxploiteerd. Voor
deze beheersituatie is gekozen om de verantwoordelijkheid
voor het bereiken van het energiebesparingsdoel in één
hand te brengen. Deze doelstelling is vastgelegd in het
inkooptariefdat is vastgesteld op basis van de relatie
95? van het verbruik uit de Amereent rale en 5? uit ketel-
en hulpketelhuizen.
In Tilburg is voor de stadsverwarming gekozen voor een
systeem, waarbij de hulpketelhuizen worden geëxploiteerd
door de gemeente. De N.V. PNEM heeft ons aangeboden, dat
Breda kan overgaan naar het Tilburgse systeem. Vooralsnog
kiezen wij voor het beheer zoals in het Kema-rapport is
neergelegd. Het aanbod van de PNEM blijft ook na de onder
tekening van de nu voorliggende overeenkomst van kracht.
Te zijner tijd zullen wij U van ons eindoordeel inzake
de Tilburgse opzet, op de hoogte stellen.
Wij stellen U voor te besluiten tot het aangaan van een
overeenkomst met de N.V. PNEM terzake van de voorwaarden
van levering van warmte, als neergelegd in bijgaand
concept-besluit.
Ons college doet dit voorstel overeenkomstig het advies van
de commissie bedrijven.
Burgemeester en wethouders van Breda
Merkx burgemeester
van den Dam
secretaris.
