bij bijl. nr. 322 -5- 3. De levering van de warmte vindt plaats op de zuigbalken van de transportpompen van de gemeente. Artikel 5. 1. De gemeente zal na het gereedkomen van de warmtetransport leiding als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onder a, de bestaande ketelhuizen in Breda-Noord met de daarbij behorende produktie-inrichting aan de PNEM in eigendom overdragen tegen boekwaarde. De PNEM zal de exploitatie en het onder houd van deze ketelhuizen vanaf dat moment voor haar rekening voortzetten. 2. Tussen partijen zal omtrent alsdan nader te treffen tech nische voorzieningen in deze ketelhuizen, alsmede omtrent de kosten daarvan een nadere regeling worden getroffen. 3. De levering van de warmte vindt plaats op de zuigbalken van de transportpompen van de gemeente. Artikel 6. 1. De gemeente zal er voor zorgdragen, dat de PNEM voor de bouw van het in artikel 3 bedoelde warmte-inkoopstat.ion, alsmede voor de in artikel 4 bedoelde hulp-ketelhuizen tegen de voor het betrokken bestemmingsplan geldende prijs per m2 de beschik king krijgt over terreinen, die qua bestemming, voorzieningen, bereikbaarheid en opslagmogelijkheid, zulks in het bijzonder voor de aanvoer, afvoer en opslag van materialen, brandstof fen e.d. geschikt zijn voor de bouw en exploitatie van be doelde ruimten. 2. De gemeente zal, voor zover zulks in haar directe invloeds sfeer ligt, er voor zorgdragen o.q. zal haar medewerking er aan verlenen, dat de vereiste vergunningen voor de aanleg c.q. de oprichting van de installaties, voorzieningen, ge bouwen e.d. nodig voor de realisering van het stadsverwarmings project, tijdig worden verleend.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 1521