L
aan de raad der
gemeente Breda
Bijlage nr. 356
BK/54525
26-9-1979
Voorstel van burgemeester en wet
houders tot vaststelling van de
verordening tot wijziging van de
verordening op logeer- en/of
kamerverhuurinrichtingen
Bij het uitvoeren van de verordening op logeer- en/of kamer
verhuurinrichtingen ervaren wij als een van de grootste
problemen het toepassen van administratieve sanctie bij niet
naleving van het bepaalde in deze verordening. Deze problema
tiek kan als volgt worden aangegeven.
In deze verordening ontbreken gedifferentieerde bepalingen op
het vlak van een sluitingsprocedure. De vergunningsplicht op
grond van deze verordening vangt bovendien eerst aan bij
vijf personen. Op grond hiervan kan een totale sluiting van
een inrichting dan wel van een gedeelte van een inrichting
niet worden afgedwongen.
Zonder het gebruik kunnen maken van het rechtsmiddel van de
sluiting is het ontruimen van een inrichting, welke niet vol
doet aan het bepaalde in deze verordening, geen doeltreffend
middel te achten. Nadat een inrichting via het toepassen van
politiedwang geheel of gedeeltelijk is ontruimd zou daarin
opnieuw in strijd met het bepaalde in onderhavige verordening
logeer- en/of kamerruimte kunnen worden verschaft. Het gevolg
hiervan is, dat in dat geval dan ook weer opnieuw via het
middel van politiedwang tot ontruiming zou moeten worden over
gegaan
Het zal duidelijk zijn, dat een dergelijke gang van zaken vol
strekt onaanvaardbaar is te achten. Hierbij dient bovendien te
worden gewezen op de problematiek van het aanbieden van ver
vangende huisvesting bij het ontruimen van een inrichting.
Ten einde aan deze problematiek het hoofd te kunnen bieden
hebben wij besloten om een wijziging van deze verordening
voor te bereiden in die zin, dat hieraan de in verband met