bijlage nr. 50 -4- De laatste alinea van paragraaf 3.1. van de ontwerp-nota (blz12) vervult ons ook met enige twijfel. De stelling, dat de minister de intergemeentelijke en regionale samenwerking nog niet goed in het vizier heeft lijkt ons aanvechtbaar. Veeleer menen wij, dat de minister deze samenwerkingsvormen na de reorganisatie niet meer nodig acht, of slechts in uit zonderingsgevallen, wanneer zulks onvermijdelijk is. Het wil ons vóórkomen, dat de regering juist probeert het regionale niveau op te vangen in het nieuwe provinciale niveau. Wat voorlopig omtrent de nieuwe taakverdeling duide lijk wordt, wijst ook in die richting (zie ontwerp-nota, onder 3.2.blz. 12/13). Daar worden taken genoemd, die thans hier en daar in regionale samenwerkingsverbanden zijn ingebracht, daarmede de vierde bestuurslaag in het leven roepend. Ook de gedachte omvang van de nieuwe provincies bevestigt deze opvatting. Deze omvang moet zodanig zijn, dat men met redelijk bestuurbare eenheden te maken krijgt; de aan deze eenheden op te dragen taken komen voor een belangrijk deel overeen met de taken, ten aanzien waarvan thans wel aan gewesten wordt ge dacht. Voeg daarbij de door de regering voorgenomen minimum- omvang van de gemeenten, waardoor voor primaire zaken een stevig lokaal bestuur mogelijk wordt (b.v. basis-onderwijs, bestemmingsplannen en welzijn), dan ontstaat een duidelijk en doorzichtig beeld van de toekomstige bestuurlijke indeling. De opmerking in de ontwerp-nota in de laatste alinea van paragraaf 3.2. op blz. 13 komt ons zeer juist voor. Gewezen wordt op de wenselijkheid van het samenvallen van geografische grenzen voor de activiteiten van verschillende (semi-) overheidslichamen. Gedacht zou zelfs kunnen worden aan een aanpassing van de rechterlijke organisatie: misschien kunnen de huidige 19 arrondissementen wel overzichtelijk worden opge deeld over de voorgenomen nieuwe provincies. Gecombineerd met de toekomstige provinciale organisatie van de politie, lijkt dit niet onaantrekkelijk, in ieder geval meer overzichtelijk. Voor V/est-Brabant zou ook nog aandacht kunnen worden geschon-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 221